Page 12 - industriecultuur
P. 12
Product-Dienst Combinaties (PDC) De grens tussen diensten en materiële goederen vervaagt steeds meer en er zullen als gevolg in de toekomst veel nieuwe product-dienstcombinaties ontstaan. Dat betekent dat heel wat goederen of materialen niet meer verkocht worden, maar slechts tijdelijk ter beschikking worden gesteld als dienst. De verschuiving van product naar dienst voorkomt dat de producent zijn verantwoordelijkheid zomaar kan wegverkopen, wat in de lineaire economie wel gebeurt. Producent, consument en product komen zo in een volledig nieuwe relatie terecht, die belangrijke gevolgen heeft voor de prestatie en levensduur van het product (=circulair). Vele bedrijven (zoals bv. Philips) bieden vandaag al product-dienstcombinaties aan. Focus ligt dus meer dan voorheen op materialenbeheer en efficiënt gebruik. Een logisch gevolg van deze shift is dat de producten die door de traditionele maakindustrie gefabriceerd worden vanuit andere designs en technologieën zullen vertrekken, met belangrijke veranderingen voor het huidige productieproces als gevolg. Deeleconomie Vanuit alle circulaire trends is de deeleconomie – en dan wordt hier de niet-destructieve variant bedoeld – het meest gericht op maatschappelijke duurzaamheid. Het deel-principe gaat uit van een waardenshift waarbij de nadruk wordt verlegd van het eigenlijke bezit van een product tot de toegang ertoe, en het gebruikscomfort ervan. Bepaalde producten worden centraal ter beschikking gesteld van vele consumenten, zodat niet iedereen moet overgaan tot een aankoop (bv. auto, grasmachine,…). Opportuniteiten Een herindustrialisering dankzij nieuwe technologieën en businessmodellen vormt in eerste instantie de basis voor een nieuwe productiviteitssprong maar heeft ook belangrijke gevolgen binnen andere domeinen. Er ontplooit zich immers een waardensysteem dat een totale omslag vraagt van de consument. Circulaire industrie (met duurzaamheid op kop) impliceert in zekere zin het (gedeeltelijk) loslaten van de zoektocht naar welvaart en naar het laten primeren van functionaliteit ten opzichte van bezit. Is men bereid om open te staan voor product-dienst combinaties en deelinitiatieven indien dit implicaties heeft op het comfort van de consument? Industrie 4.0 brengt met andere woorden een heel ander gedachtegoed, een heel andere cultuur met zich mee. Ondanks het feit dat de industrieel culturele ‘renaissance’ zeer drastisch lijkt, kan de Limburgse industriële pionier cultuur hier echter nauw bij aansluiten. Het community gevoel dat ontstond onder de fabrieksarbeiders en hun families, bijvoorbeeld, kan een sterke basis vormen voor deelinitiatieven. Er wordt binnen Industrie 4.0 ook een volledig nieuwe manier van werken geïntroduceerd voor de arbeiders, met daarnaast heel wat kansen voor mensen met een ondernemende geest. Er wordt verwacht dat omwille van het gebruik van robotica en andere technologieën de vraag naar ‘klassieke’ en laaggeschoolde blue-collar arbeiders zal dalen. Het vinden van mensen met de juiste skills en attitudes wordt daarnaast als een van de grootste uitdagingen beschouwd in Limburg. Het werken in een Industrie 4.0 omgeving brengt dikwijls een grotere complexiteit en een hogere verantwoordelijkheid met zich mee. Toch kan ook hier weer een directe link met de arbeidersbevolking van Limburg gelegd worden. Het productieproces zal meer focussen op herbruik van materialen. Dit levert heel wat jobs op in het kader van de fixende mentaliteit: producten moeten uit elkaar worden gehaald om onderdelen te hergebruiken; urban

